Update schijnzelfstandigheid: Hoge Raad verduidelijkt grens schijnzelfstandigheid

 





Afgelopen week heeft de Hoge Raad belangrijke uitleg gegeven over de beoordeling van arbeidsrelaties, met mogelijke gevolgen voor platformwerkers en zzp’ers. In een zaak tussen vakbond FNV en Uber benadrukt de Hoge Raad dat er geen vaste rangorde is tussen de verschillende factoren die bepalen of iemand in loondienst werkt of als zelfstandig ondernemer.

Wat betekent dit?
De zaak draait om de vraag of Uber-chauffeurs een arbeidsovereenkomst hebben of zelfstandig opereren. De rechtbank oordeelde eerder dat Uber als werkgever moet worden gezien, maar Uber ging in hoger beroep. Het hof stelde daarop vragen aan de Hoge Raad over de uitleg van het eerdere Deliveroo-arrest (ECLI:NL:HR:2023:443).

Belangrijke uitspraken
De Hoge Raad oordeelde dat ‘ondernemerschap’ net zo zwaar kan wegen als andere factoren bij het bepalen van de arbeidsrelatie. Dit betekent dat een werkende die zich als ondernemer gedraagt, mogelijk als zelfstandige wordt gezien, terwijl een ander in exact dezelfde situatie als werknemer kan worden beschouwd.

Gevolgen voor platformwerkers en ZZP’ers
Deze uitspraak kan grote gevolgen hebben voor platformwerkers en zzp’ers. Het benadrukt het belang van de specifieke omstandigheden van elke individuele zaak en maakt duidelijk dat er geen universele regels zijn die op alle situaties van toepassing zijn. Dit kan leiden tot meer rechtszaken en onzekerheid voor zowel werkgevers als werknemers.

Voorbeelden van schijnzelfstandigheid
Voorbeeld 1: De ZZP'er in de Bouw
Jan werkt als zzp’er in de bouw en heeft een langdurig contract met één opdrachtgever. Hij werkt al meer dan twee jaar voor dezelfde aannemer, volgt de werktijden van het bedrijf en gebruikt de materialen en gereedschappen van de opdrachtgever. Hoewel hij op papier zelfstandig is, vertoont zijn werkrelatie veel kenmerken van een dienstverband.

Voorbeeld 2: De freelance projectmanager
Isabelle werkt als zelfstandig projectmanager bij een evenementenbureau. Ze heeft een contract voor zelfstandige samenwerking, maar haar opdrachtgever bepaalt haar werktijden en geeft gedetailleerde instructies over hoe ze haar werk moet uitvoeren. Dit wijst op een gezagsverhouding, wat een kenmerk is van schijnzelfstandigheid.

Voorbeeld 3: De IT-consultant
Tom is een IT-consultant die voornamelijk voor één grote klant werkt. Hij heeft geen eigen kantoor en werkt altijd op locatie bij de klant. De klant bepaalt welke projecten hij doet en hoe hij zijn werk moet uitvoeren. Hoewel Tom als zelfstandige wordt ingehuurd, lijkt zijn situatie sterk op die van een werknemer.

Voorbeeld 4: De Uber-chauffeur
In de zaak tussen FNV en Uber werd vastgesteld dat Uber-chauffeurs onder strikte voorwaarden werken die door Uber worden bepaald. Uber bepaalt bijvoorbeeld de tarieven, de routes en de werktijden. Dit wijst op een gezagsverhouding, wat een belangrijk kenmerk is van een dienstverband.

Deze voorbeelden illustreren hoe complex de beoordeling van arbeidsrelaties kan zijn. Het is belangrijk voor zowel zzp’ers als opdrachtgevers om zich bewust te zijn van de criteria die bepalen of er sprake is van schijnzelfstandigheid. De recente uitspraak van de Hoge Raad benadrukt dat elke situatie uniek is en zorgvuldig moet worden beoordeeld.

Reacties